Veroordeling voor het witwassen van grote hoeveelheden cryptovaluta. Verdachte heeft samen met zijn mededaders Tornado Cash ontwikkeld. Tornado Cash is zo ontwikkeld dat het automatisch de voor witwassen essentiële handelingen verricht. Tornado Cash combineert maximale anonimiteit en optimale verhullingstechnieken enerzijds, met anderzijds een ernstig gebrek aan functionaliteiten die identificatie, controle of opsporing mogelijk maken. Tornado Cash is hierdoor niet karakteriseren als een legitieme tool die onbedoeld door criminelen is misbruikt. Met oogkleppen op, geheel voorbijgaand aan het misbruik dat via en door Tornado Cash plaatsvond, is verdachte doorgegaan met het ontwikkelen en exploiteren van Tornado Cash. De rechtbank legt op een gevangenisstraf voor de duur van 64 maanden.
Hmm, dat zou ook niet goed zijn. Iets verderop ligt dan “als je TOR gebruikt draag je bij aan het anonimiseren van criminelen”. Of zie ik dat nou verkeerd?
Als gebruiker van Tor iig niet, want dan ben je zelf degene die het internetverkeer genereert. Het runnen van een exit node is iig een stuk risicovoller, omdat het dan lijkt alsof er daadwerkelijk crimineel verkeer van jou vandaan komt.
Maar of het hosten van bijv. een relay an sich al strafbaar is, is idd de vraag. Ik weet meer van Tor dan van TornadoCash, maar Tor heeft iig legitieme use cases - misschien dat dat bij TC niet zo is? Het risico lopen an sich zou wat mij betreft inderdaad niet voldoende moeten zijn, maar als je vrijwel zeker weet dat je deel bent van een witwas-transactie is het wat anders. Dus ook als dat de reden zou zijn, is het hopelijk nog geen slippery slopen naar het hosten van een Tor-relay.
Ik neem ook aan dat er nog hoger beroep mogelijk is? Mocht het toch idd echt voor alleen het bouwen van dual use software zijn, dan is het hopelijk gewoon een fout dat ons rechtssysteem nog kan corrigeren.
Ik ben benieuwd, ik zal de zaak blijven volgen. Hier is een link naar de uitspraak, hopelijk verschijnen eventuele updates ook daar:
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBOBR:2024:2069